![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
do records | Natalon in E & Cyclus aan de Waanzin |
najaarsaanbieding! | Simeon ten Holt |
CD's:DVD's:![]() ![]()
|
Natalon in E (1980) voor piano en Cyclus aan de Waanzin (1962) behoren tot de belangrijkste werken van Simeon ten Holt. Deze twee composities vormen een uitstekende gelegenheid om kennis te maken met zijn bijzondere muziek. Ze markeren twee fasen in de artistieke ontwikkeling van Ten Holt, en laten als zodanig de grote variëteit aan muzikale concepten zien, die zijn persoonlijke stijl kenmerken. Ten Holts zoektocht naar een vorm van ‘tonaliteit na de dood van de tonaliteit’ leidde in 1979 tot Canto ostinato, een werk voor één of meer toetsinstrumenten dat hem een succès fou bereidde en dat nog altijd geldt als zijn populairste compositie. Een jaar na de première hiervan componeerde hij Natalon in E voor piano solo. Hierin drijft hij de door hem ingeslagen neotonale weg op het spits: het stuk staat in de toonsoort E-groot, hetgeen nadrukkelijk in de titel wordt vermeld. Tegelijkertijd verwijst de titel naar ..A/.TA-LON, een compositie voor mezzosopraan en ensemble die het culminatiepunt vormt van Ten Holts seriële periode. De titel symboliseert zo het definitief verlaten hiervan. Simeon ten Holt - Natalon in E; Cyclus aan de Waanzin deel drie
zie ook: dr003 Eadem Sed Aliter & Solo Devil Dance III Kees Wieringa over de muziek van Simeon ten Holt: "Reeds vele jaren bezoek ik Simeon ten Holt in het Noord-Hollandse Bergen. Struikrover Zijn muzikale ontwikkeling ('ik heb alles onderzocht, van heel oud tot nu toe') liep redelijk synchroon met zijn persoonlijke. "Ik leefde als een struikrover, elke zeven jaar was mijn leven anders. Ik heb een avontuurlijk leven gehad. Ik heb overal en nergens gewoond en gewerkt, ben altijd een buitenstaander en een Einzelgänger geweest. Was er geld, dan was het er, was het er niet, dan niet. Pas op m'n vijfenveertigste heb ik een 'nette' baan als muziekleraar aan het Arnhemse conservatorium geaccepteerd." Hij woont al weer jaren in het Noord-Hollandse Bergen, zijn geboorteplaats, in een mooi, piepklein, comfortabel verbouwd eenkamerboerderijtje waar hij leeft, werkt en slaapt. Hij komt rond van een aow-uitkering, aangevuld met de auteursrechten van zijn veel verkochte cd's. Hij is aardiger en socialer geworden, vindt hij zelf. Kookt voor mensen, schenkt een borrel, wijdt zich nu ook aan bijzaken waar hij zich vroeger alleen met de hoofdzaken wilde bezighouden. "Ik was verslaafd aan mijn werk, dat drukte op me. Dat is over. Wat wel blijft is het gevoel dat ik, net als een boer, een bestaan heb en geen professie. M'n bestaan is m'n leven. Soms sta ik midden in de nacht op om een idee uit te werken zoals een boer opstaat als een koe ziek is." Hij heeft een groot vertrouwen in de voorzienigheid. "De voorzienigheid is altijd goed voor me geweest. Als ik iets nodig had kwam het er." Gebruiksaanwijzing Simeon ten Holt studeerde piano en muziektheorie bij Jacob van Domselaer in Bergen, daarna compositie bij Honegger en Milhaud. Tijdens zijn 'struikrover'-periode experimenteerde hij met tonaliteit, met de diagonaalgedachte, met serialisme en surrealisme, bestudeerde hij de fysica van de muziek en verdiepte hij zich in elektronische muziek. Een van de eerste werken na de omslag halverwege de jaren zeventig was Canto Ostinato, een werk voor één of meerdere toetsinstrumenten, waarin klankkleur en ruimte een grote rol spelen. Canto Ostinato is al jaren 'in' bij jong en oud, bij de actieve en de passieve muziekbeoefenaar. Canto Ostinato is, zoals alle daar van afgeleide werken van Ten Holt, een werk met een gebruiksaanwijzing. Die geeft Ten Holt er in de partituur dan ook uitvoerig bij: 'Canto Ostinato is ontsprongen aan een traditionele bron, is tonaal en maakt gebruik van functionele harmonieën die zijn gevoegd naar de regels van de harmonieleer, de wetten van oorzaak en gevolg, spanning en ontspanning.' Hij gebruikt termen als sectie, akkoordengroepen en kettingstructuur. En: 'Tijd wordt de ruimte waarin het repeterende muzikale object gaat zweven; de componist verwijst met wat hij heeft opgeschreven naar een grens waarachter niemand, hijzelf dus ook niet, weet wat er is of kan worden.' Met andere woorden: 'Men wentelt en keert het in de tijdruimte zwevende muzikale ding en zoekt de verschillende posities ten opzichte van het licht'. Uitvoerenden worden geacht de eigen partij en het samengaan daarvan met die van andere spelers terdege voor te bereiden; 'De groei en het uitkristalliseren van de interpretatie vormen een proces', schrijft Simeon ten Holt. Meerwaarde Het proces van Canto Ostinato, de gang van de wanorde naar orde, kan alleen maar tot stand komen als er nauw wordt samengewerkt. Canto Ostinato heeft dan ook een sociaal aspect; dat draait om het vinden van elkaar via overleggen, luisteren, uitproberen en keuzes maken, met als uiteindelijk doel het laten vrijkomen van de emotie, van de 'meerwaarde'. "Sommige mensen omschrijven mijn werk als mininale muziek of zelfs New Age-muziek. Met die eerste term heb ik niet zo'n moeite, hoewel ik vind dat er in mijn muziek meer gebeurt dan in de minimale muziek. Met New-Age muziek voel ik met niet verwant, die term wordt er vaak op geplakt door mensen die niet echt de moeite nemen te luisteren. Wat ze me aansmeren moeten ze zelf weten. Ik maak wat ik van binnenuit moet maken." Simeon ten Holt De componist Simeon Ten Holt werd in 1923 geboren als derde kind in een gezin van vier kinderen van de schilder Henri F. Ten Holt (1884) en Catharina Maria Cox (1898) in het Noordhollandse Bergen. Vanaf 1935 studeerde hij samen met o.a. Nico Schuijt (1922–1992) piano en theorie bij de Bergense componist Jakob Van Domselaer (1890–1960). De invloed van Jakob Van Domselaer is groot zoals blijkt uit zijn eerste pianocomposities (Kompositie I–IV, Suite en Sonate). De maatschappelijke betrokkenheid, de filosofische instelling en bijzonder literaire kwaliteiten van Ten Holt komen tot uiting in een aantal artikelen over muziek die werden gepubliceerd in het literaire tijdschrift Raster tussen 1968 en 1973. In een toelichting bij een concert van eigen werk zegt hij (1974): 'Het centrum–gerichte tonale systeem is geworteld in een relatie–modaliteit die, in zijn maatschappelijke aspekt vertaald, slavernij en machtsmisbruik, voorrecht en onrecht bestendigt en krachtens zijn struktuur en oorsprong beladen is met historische schuld. In een in het tonale systeem geschreven compositie horen we altijd een verdrongen geheugen, een slecht geweten en de wens betrokken te zijn bij de uitoefening van de macht door een bevoorrechte groep.' In 1968 richt Ten Holt de, nog steeds bestaande, Werkgroep Bergen Hedendaagse Muziek op. Voor deze werkgroep organiseert Ten Holt concerten met uitsluitend hedendaagse muziek, eerst in het Kunstenaarscentrum Bergen, later in de Ruïnekerk. Daarnaast is Ten Holt aktief als pianist met het uitvoeren van eigen werk. Ten Holt heeft hedendaagse muziek gedoceerd aan de Akademie voor Beeldende Kunsten te Arnhem van 1970–87. Hij experimenteerde daar met groepsimprovisaties wat in de laatste jaren leidde tot enkele uitvoeringen voor Arnhemse Festivals. (Een vorm van totaaltheater waarbij de studenten onder zijn leiding verantwoordelijk waren voor de muziek, choreografie en het theatrale beeld.) werken Ten Holt heeft een omvangrijk oeuvre dat in drie periodes is te verdelen. De piano speelt een centrale rol in de eerste en laatste periode. In de derde periode keert Ten Holt terug naar het instrument waarmee het componeren voor hem begonnen is: de piano. Hij noemt het zelf een sterke fysieke betrekking tot de klank. Zelf schrijft hij hierover: 'Mijn handen grijpen naar dat wat ik niet "begrijpen" kan met mijn verstand: ik geloof in mijn handen (...) Door hen tast ik in het duister en ik grijp naar een realiteit die ik (de belichaming zijnde) slechts als nevelvlek, als sensatie beleef'. Het resulteert in zijn belangrijkste compositie in deze periode Canto Ostinato voor toetsinstrumenten uit 1976–79. Het is ontstaan vanuit een werkproces van achter de piano. De partituur is vormgegeven als een route waarlangs de uitvoerders kunnen gaan, gebruik makend van zogenaamde zwerfpartijendie naar keuze worden gebruikt. Het aantal uitvoerders is onbepaald evenals de totale lengte en het aantal herhalingen van de verschillende secties, van waaruit de compositie is opgebouwd. De vrijheid die de uitvoerders wordt gelaten geeft hen een grote gezamelijke verantwoordelijkheid voor het uiteindelijke resultaat. 'Mijn composities ontstaan zonder een vooropgezet plan en zijn als het ware de neerslag van een tocht die gericht is op een doel dat niet bekend is. Veel tijd, geduld en discipline zijn de voorwaarden voor het produktief maken van een (genetische) kode die uiteindelijk bepalend is voor vorm, struktuur, lengte, bezetting, etc. Zo'n proces is moeizaam omdat het zicht op die genererende kode voortdurend vertroebeld wordt door het menselijk tekort en de eigen wil, en het moet hebben van momenten van helderheid en vitaliteit. En dan, de zee spoelt en slijpt, de tijd kristalliseert.' © Kees Wieringa, 1995 werkenlijst (selectie) Pianosolo: Meerdere toetsinstrumenten: Diverse ensembles: Orkest: Electronische muziek:
tijdschriftartikelen (selectie): H.C. Ten Berge: Meditatie in het Nevelhuis. In: Vrij Nederland 1963 televisie Ramon Gieling: Televisieportret over Simeon Ten Holt. Voor: NOS–Beeldspraak 14–3–87 Discografie Canto Ostinato (1976–79), Composer's Voice CVCD 2/3/4 Links |
information: Do Foundation | Walingsdijk 57, 1645 RL Ursem (NH) | The Netherlands tel. +31(0)72-502 1559 | fax. +31(0)84 2225309 | skype:wintersem | info@dofoundation.com Do Records (dorecords@dofoundation.com), Do Dance, Do Music, Do Media are trademarks of Do Foundation, Incorporated in the Netherlands and other countries. |